Vaste activa
Immateriële vaste activa
Algemeen
De immateriële vaste activa wordt gewaardeerd tegen de verkrijgings- c.q. vervaardigingsprijs verminderd met de afschrijvingen en naar verwachting duurzame waardeverminderingen. Eventuele van derden verkregen specifieke investeringsbijdragen worden in mindering gebracht op het geactiveerde bedrag. De kosten verbonden aan het sluiten van geldleningen en het saldo van agio en disagio worden direct ten laste van de exploitatie gebracht en niet als zodanig geactiveerd.
Kosten van onderzoek en ontwikkeling
Kosten van onderzoek en ontwikkeling bij grondexploitaties blijven uiterlijk 5 jaar geactiveerd staan. Binnen die periode worden zij bij realisering van het actief overgeboekt naar het betreffende actief of bij niet realiseren van het actief doch uiterlijk na 5 jaar afgeboekt ten laste van het jaarresultaat.
Kosten van onderzoek en ontwikkeling gerelateerd aan een investering in materieel vast actief worden niet meer geactiveerd met ingang van 1 januari 2020.
Bijdrage aan activa in eigendom van derden
De bijdrage worden geactiveerd voor het bedrag van de verstrekte bijdragen verminderd met de afschrijvingen. Conform de vastgestelde Verordening financieel beleid, beheer en organisatie
2023 worden de volgende afschrijvingstermijnen gehanteerd:
Activasoort | Omschrijving soort activum | Levensduur | Toelichting |
---|---|---|---|
Gronden en terreinen | Ondergrond Schoolgebouwen | Oneindig | |
Schoolgebouwen transformatie/ nieuwbouw in eigendom van derden | 50 | ||
Schoolgebouwen upgrade in eigendom van derden | 20 | ||
Houten noodlokalen, houten units (eigendom van derden) | 15 | ||
Jongerencentra, jeugdhonken, gemeenschapshuizen in eigendom van derden | 40 | ||
incidenteel daken, opstal, boeibord, kozijnen, verduurzamen*) | 15-40 | Afhankelijk van materialen e.d. | |
Machines, apparaten en installaties | Diverse machines, gebouwen en installaties*) | 15-30 |
*) Voor elke nieuwe investering wordt de exacte afschrijvingstermijn vastgesteld
Materiële vaste activa
Algemeen
Waardering van de geactiveerde materiële vaste activa geschiedt op basis van de verkrijgingsprijs (inkoopprijs plus de bijkomende kosten) of tegen vervaardigingsprijs (de aanschaffingskosten van de gebruikte grond- en hulpstoffen en de overige kosten, welke rechtstreeks aan de vervaardiging kunnen worden toegerekend). Voorts kan een redelijk deel van de indirecte kosten aan de vervaardiging van het activum worden toegerekend.
Conform de Verordening financieel beleid, beheer en organisatie 2023 (art.14 lid 9) activeren we activa met een verkrijgingsprijs van minder dan € 10.000 niet, uitgezonderd gronden en terreinen. Deze laatstgenoemden worden altijd geactiveerd. Activa met een levensduur van minder dan drie jaar worden direct ten laste van de exploitatie gebracht, tenzij wettelijk voor het betreffende activa anders is voorgeschreven. Kunstvoorwerpen met een cultuurhistorische waarden en de BTW op activa indien deze compensabel is volgens de Wet op het BTW-compensatiefonds activeren we eveneens niet.
Afschrijving vindt plaats op basis van de lineaire methode. Voor de investeringen ten behoeve van de afvalinzameling, parkeergarage KBC, biomassacentrales, krachtsportcentrum Tongelreep alsmede de nieuwbouw van de Effenaar, Parktheater, Dynamo en NatLab is de annuïtaire methode gehanteerd.
Indien de waarde van een actief duurzaam vermindert in enig jaar, is deze waardevermindering onafhankelijk van het resultaat van het boekjaar in aanmerking genomen.
Conform de vastgestelde Verordening financieel beleid, beheer en organisatie 2023 worden de volgende afschrijvingstermijnen gehanteerd:
Activasoort | Omschrijving soort activum | Levensduur | Toelichting |
---|---|---|---|
Gronden en terreinen | Gronden | Oneindig | |
Aanleg begraafplaatsen | 50 | ||
Gronden grondbedrijf voorraad | Gronden GB voorraad | Oneindig | |
Strategische grondverwerving | strategische grondverwerving | oneindig | |
Grond erfpacht | Grond erfpacht | oneindig | |
Gebouwen | Kantoor- en bedrijfsgebouwen, sporthallen, zwembaden en watersportaccommodaties, kunstijsbaan, parkeergarage, kleedlokalen | 50 | Niet de installaties en inrichting |
Verbouwingen(materieel/EN)*) | max. 25 | Tenzij de verwachte levensduur of huurtermijn van het gebouw korter is, dan daaraan koppelen*) | |
Gebouwen voegwerk | 40 | ||
Incidenteel: daken, opstal, boeibord, kozijnen, verduurzamen *) | 15-40 | afhankelijk van materialen e.d. | |
schoolgebouwen transformatie / nieuwbouw | 50 | ||
schoolgebouwen upgrade | 20 | ||
Schoolgebouwen tijdelijke units | 30 | ||
Houten noodlokalen, houten units | 15 | ||
Jongerencentra, jeugdhonken, gemeenschapshuizen | 40 | ||
Biomassacentrale 20j (niet zijnde gebouw | 20 | feitelijke levensduur, afhankelijk van type | |
Biomassacentrale 10j (niet zijnde gebouw) | 10 | feitelijke levensduur, afhankelijk van type | |
Kwekerijen / kassen | 25 | ||
Gronden en terreinen (opbrengst met afschrijving) | Kunstgras en all weatherbanen - onderlaag | 30 | |
Kunstgras en all weatherbanen - bovenlaag 8jr | 8 | ||
Kunstgras en all weatherbanen - bovenlaag 10jr | 10 | ||
Kunstgras en all weatherbanen - bovenlaag 12jr | 12 | ||
Tribune sportparken | 50 | ||
Kosten aanleg sportparken incl. civiel techn (park verharding en riool plus alle velden, ondergrond) | 25 | ||
Hekwerk sportparken | 20 | ||
Ov. voorzieningen sportparken | 15 | ||
Verlichting masten sportparken | 30 | ||
Verlichting armaturen sportparken | 15 | ||
Led-verlichting sportparken | 20 | ||
Tennismuur, rijwielstalling sportparken | 20 | ||
Open hekken verzonken staal (niet sportparken) | 25 | ||
Centrale electr. voorz. Collse Watermolen | 40 | ||
Led-verlichting (niet sportparken) | 20 | ||
Terreinvoorzieningen (niet sportparken) | 15 | ||
Terreinvoorzieningen (niet sportparken) | 40 | ||
Woonruimte | Woningen (exclusief grond) | 50 | |
Vervoersmiddelen | Scooters, fietsen | 5 | |
Bedrijfswagens, tractie, personenauto's, bestelauto's, postauto, ov. vervoermiddelen | 7 | ||
Hoogwerker | 10 | ||
Gladheidbestrijdingsmaterieel 10 jaar | 10 | ||
Gladheidbestrijdingsmaterieel 20 jaar | 20 | ||
Machines, apparaten en installaties | Installaties en inrichting (verlichting, Liften, centrale verwarming) van gebouwen*) | 15-30 | |
Inventaris en meubilair *) | max. 20 | Voor scholen geldt de rijksnorm *) | |
Pompen, aggregaten, zaagmachines en compressen, reprografie apparaten (materieel/EN) *) | max. 15 | ||
Hardware 3 jaar: (balie)printers en plotters, CPU’s, laptops, tablets, aanvullende beveiligingsapparatuur, beeldschermen/displays | 3 | ||
Hardware 4 jaar: laptops (raad), tablets (raad) en vaste PC’s | 4 | ||
Hardware 5 jaar: netwerkapparatuur, printers/ multi-functionals, overige apparatuur (tenzij anders vermeld) | 5 | ||
Hardware 6 jaar: servers & storage, gewone beeldschermen. | 6 | ||
Inrichting (o.a. bureaus) | 8 | ||
Hardware Noodstroom, blusinstallatie, airco, dynamisch reizigers systeem, paspomaat | 10 | ||
Hardware computerruimte bouwkundig | 20 | ||
Beveiligingssoftware | 3 | ||
Software KA- en lokale PC-applicaties, virtualisatie software en overige procesapplicaties. | 5 | ||
Grote proces-software | 7 | ||
Infrastructuur glasvezel 15 | 15 | ||
Infrastructuur overige kabels in en tussen gebouwen | 12 | ||
Telefonie (server based) telefooncentrale, telefoontoestellen | 6 | ||
Speeltuinen (toestellen) | 10 | ||
Zwembad op speelterrein | 20 | ||
Parkeermeters, parkeerautomaten | 20 | ||
Containers (grof vuil standplaatsen) | 10 | ||
Containers buitenbak (ondergronds bij flats) | 30 | ||
Containers binnenbak en opbouw (ondergronds bij flats) | 10 | ||
Containers elektronica (ondergronds bij flats) | 5 | ||
Zonnepanelen 15 jaar | 15 | Afhankelijk van type / plaatsing e.d. | |
Zonnepanelen, zonnecollectoren en andere collectoren 20 jaar | 20 | Afhankelijk van type / plaatsing e.d. | |
Laadpalen | 10 | ||
Klein apparatuur (brandmelders, couverteermachine) *) | 5-10 | ||
Eenmalig incidenteel (mach, app, install) *) | 5-20 | Afhankelijk van type investering, eenmalige zaken | |
GGW werken (met heffing) | Havens, kanalen (GWW-werken) | 50 | |
Riolering (GWW-werken) | 60 | ||
Beschoeing van metaal (GWW-werken) | 80 | ||
Bruggen en viaducten | Bruggen en viaducten (MN) | 80 | |
Verkeersinfrastructuur | Verkeersinfrastructuur: Wegen, bestrating, fietspaden, voetpaden (MN) | 40 | |
Herinrichting gebied binnen de ring: Wegen, bestrating, fietspaden, voetpaden (MN) | 25 | ||
Herinrichting Winkelcentrum Woensel: Wegen, bestrating, fietspaden, voetpaden (MN) | 25 | ||
Verkeersvoorzieningen | Verkeersvoorzieningen met uitzondering van verlichting. Bijv. drempels over middengeleiders (MN) | 20 | |
Voorbereidingskosten HOV3 (MN) | 40 | ||
Openbare verlichting | Openbare verlichting: kabels en masten (MN) | 40 | |
Openbare verlichting: armaturen en behuizing (evt. LED)(MN) | 20 | ||
Roadmap licht, verlichting (MN) | 10 | ||
Voorzieningen in groen | Groenvoorzieningen parkmeubilair (o.a. banken, prullenbakken) (MN) | 20 | |
ov. Groen: hekwerken, bruggen hout, aanleg, vergroening, groeiverbindingen, herinrichting en renovatie (MN) *) | 15-25 | ||
groeninrichting (bomen en parkrenovaties)(MN) | 40 | ||
Verkeersregelinstallaties | VRI: Verkeersregeltoestel incl. verkeerslantaarns en detectielussen (MN) | 15 | |
VRI: grondkabels en masten (MN) | 30 | ||
VRI: switch (MN) | 8 | ||
VRI-voorzieningen en ICT-oplossingen (MN) | 20 | ||
Aanleg VRI (MN) | 10 |
*) Voor elke nieuwe investering wordt de exacte afschrijvingstermijn vastgesteld.
In erfpacht uitgegeven gronden
Voor de in erfpacht uitgegeven gronden geldt de uitgifteprijs van eerste uitgifte als verkrijgingsprijs. Gronden waarvan de erfpacht eeuwigdurend is afgekocht, worden gewaardeerd tegen zogenaamde registratiewaarde.
Investeringen met een economisch nut, waarvoor ter bestrijding van de kosten een heffing kan worden geheven
Wanneer investeringen grotendeels worden gedaan in het kader van riolering, het inzamelen van huishoudelijk afval of andere heffingen alsook voor rechten die op grond van artikel 229, lid1 a en b Gemeentewet worden geheven, dan worden deze investeringen op de balans opgenomen in een aparte categorie: de investeringen met economisch nut, waarvoor ter bestrijding van de kosten een heffing kan worden geheven.
Investeringen met een economisch nut (excl. erfpacht)
Deze activa zijn verhandelbaar en/of kunnen bijdragen tot het genereren van middelen. Ze worden geactiveerd voor het bedrag van de investering, het zogenaamde bruto-activeren. Aftrek van eigen middelen (reserves) is niet toegestaan. Bijdragen van derden welke in directe relatie staan met het activum worden wel in mindering gebracht (netto-variant).
Investeringen in openbare ruimte met een maatschappelijk nut (bijvoorbeeld wegen)
Investeringen met een maatschappelijk nut worden, evenals investeringen met een economisch nut geactiveerd en over de verwachte toekomstige gebruiksduur wordt afgeschreven. Volgens de BBV-regelgeving moeten deze investeringen worden geactiveerd. De investeringen tot en met 2016 zijn direct ten laste van de exploitatie gebracht.
Financiële vaste activa
Kapitaalverstrekkingen aan gemeenschappelijke regelingen en overige verbonden partijen, (overige) leningen ug en (overige) uitzettingen zijn - tenzij hierna anders is vermeld - opgenomen tegen nominale waarde. Zo nodig is een voorziening voor verwachte oninbaarheid in mindering gebracht .
Participaties in het aandelenkapitaal van NV's en BV's (kapitaalverstrekkingen aan deelnemingen in de zin van het BBV) zijn gewaardeerd tegen de verkrijgingsprijs van de aandelen. Indien de waarde van de aandelen onverhoopt structureel mocht dalen tot onder de verkrijgingsprijs zal afwaardering plaatsvinden.
Vlottende activa
Voorraden
Grond- en hulpstoffen
Deze worden gewaardeerd tegen verkrijgings- of vervaardigingsprijs. Wanneer sprake is van duurzaam lagere marktwaarde waarderen we de grond- en hulpstoffen af naar deze duurzaam lagere marktwaarde.
Onderhanden werk, waaronder bouwgronden in exploitatie
De als onderhanden werk opgenomen 'bouwgronden in exploitatie' worden gewaardeerd tegen de vervaardigingsprijs. Indien de marktwaarde duurzaam lager is, dan wordt deze lagere marktwaarde als waardering gebruikt. Indien sprake is van een geprognosticeerd verlieslatend project wordt een voorziening getroffen tegen de netto contante waarde. Deze voorziening wordt als waardecorrectie op bouwgrond in exploitatie verwerkt en jaarlijks opnieuw bepaald. Voor de kosten die aan de vervaardigingsprijs kunnen worden toegerekend wordt aangesloten op de kostensoortenlijst zoals opgenomen artikel 6.2.4 van het Besluit ruimtelijke ordening. Dit betekent dat maximaal deze kostensoorten kunnen worden toegerekend aan de bouwgronden in exploitatie, waarbij ten aanzien van de rente geldt dat alleen de rente over het vreemd vermogen wordt toegerekend en geen rente over het eigen vermogen. Voor Strijp-S wordt projectfinanciering toegepast.
In overeenstemming met BBV-regelgeving wordt winst uit grondexploitaties genomen als:
- Het resultaat op de grondexploitatie betrouwbaar kan worden ingeschat, én
- De grond (of een deelperceel) is verkocht, én
- Kosten zijn gerealiseerd.
Voor de grondexploitaties die aan deze drie voorwaarden voldoen wordt winst genomen gebaseerd op de door BBV voorgeschreven POC-methode.
Voor de berekening dient onderstaande formule te worden gehanteerd:
(gerealiseerde kosten / totale kosten) x (gerealiseerde opbrengsten / totale opbrengsten) = % POC ((geraamd eindsaldo – project specifieke risico's) x % POC) - eerder genomen tussentijdse winst = bedrag tussentijds winst nemen lopend boekjaar.
Gereed product en handelsgoederen
De voorraad gereed product en handelsgoederen worden gewaardeerd tegen de kostprijs of tegen de duurzaam lagere marktwaarde. Indien de marktwaarde duurzaam lager is, wordt een voorziening getroffen als waardecorrectie op de boekwaarde gereed product. Op de handelsportefeuille panden wordt niet afgeschreven.
Uitzettingen met een rentetypische looptijd korter dan één jaar
De vorderingen worden gewaardeerd tegen de nominale waarde. Voor verwachte oninbaarheid is een voorziening (o.a. dubieuze debiteuren) in mindering gebracht. Deze voorziening is bepaald via een combinatie van de statische en dynamische methode.
Liquide middelen
Liquide middelen worden gewaardeerd tegen de nominale waarde.
Overlopende activa
Overlopende activa worden gewaardeerd tegen de nominale waarde .
Vaste passiva
Eigen vermogen
Eigen vermogen wordt gewaardeerd tegen de nominale waarde .
Voorzieningen
Voorzieningen worden gewaardeerd tegen de nominale waarde van de betrokken verplichting c.q. het voorzienbare verlies. De pensioenverplichtingen van wethouders wordt gewaardeerd tegen de contante waarde van de (reeds opgebouwde) toekomstige uitkeringsverplichtingen.
Indien sprake is van achterstallig onderhoud waarbij sprake is van kapitaalvernietiging en/of onveilige situaties wordt op basis van artikel 44, lid1a BBV een voorziening gevormd.
Er kan, conform BBV geen sprake zijn van een negatieve voorziening. Een onverwacht bij het opmaken van de jaarrekening gesignaleerde negatieve stand wordt via een eenmalige last gedekt. (Een tijdens het opmaken van de begroting gesignaleerde verwachte negatieve stand wordt conform BBV aangepast via het aanpassen van de toekomstige stortingen.
Vaste schulden
Vaste schulden met een rentetypische looptijd van één jaar of langer worden gewaardeerd tegen de oorspronkelijke hoofdsom (nominale waarde), verminderd met de gedane aflossingen.
Vlottende passiva
Netto-vlottende schulden
De netto-vlottende schulden met een rentetypische looptijd korter dan één jaar worden gewaardeerd tegen de nominale waarde.
Overlopende passiva
De overlopende passiva worden gewaardeerd tegen de nominale waarde.
Borg- en garantstellingen
Voor zover leningen door de gemeente gewaarborgd zijn, is buiten de balanstelling het totaalbedrag van de geborgde schuldrestanten per einde boekjaar opgenomen. Overigens is in de toelichting op de balans nadere informatie opgenomen